Samen werken aan een veilige, gezonde en duurzame leefomgeving?
- BezoekadresKelvinbaan 40 (2e etage), 3439 MT Nieuwegein
- PostadresPostbus 1475, 3430 BL Nieuwegein
- Telefoon030-2311377
- E-mailinfo@lbpsight.nl
11 juli 2024
In de bouwsector wordt steeds meer nadruk gelegd op het verminderen van CO2. Dit komt door strengere wetgeving en wordt aangejaagd door vooruitstrevende opdrachtgevers die verder willen gaan dan de wet vereist. “Een mooie ontwikkeling, omdat hierdoor veel aandacht uitgaat naar duurzaam materiaalgebruik,” zo stellen Janneke van der Weerd en Florence Brusse, adviseurs op het gebied van duurzaamheid in de bouw.
Vanaf 2024 moet vanuit de Europese richtlijn Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) een groeiend aantal bedrijven rapporteren over hun duurzaamheid. Bovendien worden in 2025 de eisen aan de milieuprestaties van gebouwen (MPG) aangescherpt en uitgebreid. Onder meer hierdoor kijken ontwerpteams steeds kritischer naar materiaalgebruik in gebouwen.
Janneke van der Weerd en Florence Brusse zien dat ontwerpteams bijvoorbeeld vaker onderzoeken of het mogelijk is om met minder materiaal te bouwen. “Denk aan het gebruik van dunnere wanden en vloeren, waar dit constructief verantwoord is. Hoewel dit mogelijk ten koste gaat van de efficiëntie in het bouwproces, leidt het tot minder materiaalgebruik. Aandacht voor de verbindingen tussen deze constructie-onderdelen bevordert de herbruikbaarheid en losmaakbaarheid van onderdelen. Ook wordt steeds vaker overwogen om (meer) voor biobased materialen te kiezen.”
Toch is er nog steeds terughoudendheid als het gaat om het toepassen van duurzame materialen. “Biobased materialen hebben niet altijd dezelfde eigenschappen als traditionele bouwmaterialen. Ze presteren soms minder goed op het gebied van bijvoorbeeld isolatiewaarde, akoestiek en brandveiligheid. Daarnaast zijn ze vaak duurder en soms moeilijker te verwerken en te transporteren. Bovendien scoort biobased materiaal niet altijd beter op de milieuprestatie (MPG). Dit maakt het lastig om uit te leggen waarom we toch voor deze materialen zouden moeten kiezen,” aldus Janneke en Florence.
Toch is het noodzakelijk om nieuwe materialen te omarmen, inclusief hun sterke en minder sterke eigenschappen, zo geven de adviseurs aan. “De doelstelling van onze overheid is een circulaire economie waar niets uit de kringloop valt en we geen nieuwe, eindige grondstoffen gebruiken. Dit betekent dat we moeten overstappen op hernieuwbare of volledig gerecyclede materialen.”
In ons werk adviseren we opdrachtgevers over de toepasbaarheid van duurzame materialen. “We helpen onze opdrachtgevers te begrijpen hoe deze materialen met hun specifieke eigenschappen op een effectieve manier kunnen worden ingezet. Zo kan een biobased isolatiemateriaal met mindere brandwerendheid prima worden toegepast in een gesloten HSB-element in plaats van glaswol,” illustreren Janneke en Florence.
Ons advieswerk wordt steeds beter doordat we enkele projecten hebben met zeer hoge ambities, zoals The Harmony en Strandeiland. Deze projecten leggen de nadruk op ambitieuze MPG-scores en duurzaamheid. “Dit soort projecten stimuleren innovatie en bieden ons de mogelijkheid om kennis op te doen die we later kunnen toepassen in andere projecten.”
Een grote uitdaging waar we nog mee te kampen hebben is het gebrek aan betrouwbare milieudata voor duurzame materialen. Dit maakt het moeilijk om hun milieuprestaties in cijfers uit te drukken. “We roepen leveranciers op om hun producten op te laten nemen in de Nationale Milieudatabase (NMD). Dit maakt betrouwbare milieudata beschikbaar voor iedereen.” Op dit moment benaderen we projecten niet alleen op basis van MPG-berekeningen, maar gebruiken deze als startpunt voor onze advisering. Janneke en Florence lichten dit toe: “De grove berekening is het vertrekpunt, waarna we onze kennis over duurzaam materiaalgebruik toepassen en daarna een nauwkeurigere berekening maken. Hierin wordt onze rol als duurzaamheidsadviseur heel serieus genomen. We blijven zoeken naar hoe een duurzaam materiaal het verschil kan maken – niet alleen in de berekeningen, maar ook in de praktijk.”
Binnen onze organisatie werken collega’s aan het opstellen van levenscyclusanalyses (LCA’s) voor bouwleveranciers. Deze LCA’s helpen ons om de milieu-impact van materialen te begrijpen en te kwantificeren. Omdat we nauw samenwerken met deze leveranciers, blijven we op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen en passen deze kennis toe in onze bouwprojecten.
Door deze inzichten kunnen we bij elke stap in het bouwproces beter geïnformeerde keuzes maken en de meest duurzame opties selecteren. Doordat we zoveel leren van de praktijk én van elkaar, worden we als team steeds sterker als het gaat om duurzaam materiaalgebruik, en kunnen we onze opdrachtgevers hierin steeds beter adviseren.”
Meer over biobased materialen
Meer lezen over biobased materialen? Lees dan het artikel ‘Onrust over de milieuscore van biobased materialen’, eerder gepubliceerd in Binnenlands Bestuur.