Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd op 10-06-2021 en is geüpdatet op 02-02-2022, 03-03-2022 en 27-01-2023. Inmiddels is de inwerkingtreding van de Omgevingswet uitgesteld naar januari 2024.

De nieuwe Omgevingswet: dat wordt voor iedereen even wennen

In 2002 kondigde toenmalig staatssecretaris Verkeer en Waterstaat, Schultz van Haegen, aan dat de nieuwe Omgevingswet in 2004 in werking zou kunnen treden. Na veel vertraging is nu de definitieve datum bekend: 1 januari 2024. Ruim voor die datum moet het ICT-systeem (het DSO) dat de uitvoering van die wet gaat ondersteunen werkend zijn opgeleverd. Ook moeten gemeenten voorbereid zijn op de nieuwe rol en taken. Of 1 januari 2024 echt haalbaar is, zal in het najaar moeten blijken. Ons advies: houd een beetje rekening met verder uitstel.

De nieuwe Omgevingswet

MEER WETEN?
Neem contact op met een van onze adviseurs.

WAT VERANDERT ER VOOR MILIEUBELASTENDE BEDRIJVEN?

Voor bedrijven die milieubelastende activiteiten uitvoeren verandert er op 1 januari 2024 helemaal niets. Dat wil zeggen: voor de activiteiten die u op dat moment mag uitvoeren. Die rechten worden namelijk ‘geëerbiedigd’. De onder het (dan) oude recht verleende vergunningen en maatwerkvoorschriften blijven gelden. De regels van het bestemmingsplan voor uw bedrijfslocatie en de omgeving zijn verplaatst naar het zogenaamde tijdelijk deel van het omgevingsplan.

Ook de regels van het (vervallen) Activiteitenbesluit zijn verplaatst naar dat tijdelijk deel van het omgevingsplan, maar daarbij wel aangepast op het nieuwe stelsel. Dat wordt de bruidsschat genoemd. De regels van de bruidsschat zijn gelijkwaardig, maar niet identiek. Omdat het nu gemeentelijke regels zijn geworden, mag de gemeente die regels gaan wijzigen en aanvullen met regels over bijvoorbeeld duurzaamheid. Sommige gemeenten zullen daar direct mee beginnen, maar veel kleinere gemeenten niet. De verwachting is dat er in Nederland behoorlijke snelheidsverschillen gaan ontstaan. Iets om rekening mee te houden als u landelijk werkt of meerdere vestigingen heeft. Op elke locatie zullen vanaf 1 januari 2024 geleidelijk andere algemene regels gaan gelden.

Bovenstaande geldt ook voor nieuwe activiteiten, voor zover die door de gemeente worden gereguleerd via het omgevingsplan. Let wel: de gemeente kan vanaf 1 januari 2024 het omgevingsplan gaan wijzigen (nieuwe functies aan locaties) en nieuwe regels gaan stellen over milieubelastende activiteiten. Ook gelden voor bepaalde aangewezen milieubelastende activiteiten de regels van het Rijk. Die staan in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal).

Onze verwachting is dat het na 1 januari 2024 voor alle partijen behoorlijk wennen zal zijn. Zo kan het langer duren voordat u toestemming heeft om de nieuwe activiteiten te starten. Wilt u dat risico niet lopen? Dan kunt u de aanvraag (ruim) voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet indienen. Als het ontwerp van een besluit is gepubliceerd mag de procedure onder het (dan) oude recht worden afgerond. Maar bedenk wel: de laatste maanden zijn de gemeenten volop bezig met de voorbereiding op de Omgevingswet. En tijdens de zomermaanden is bij alle betrokken partijen de capaciteit beperkt. We verwachten dat veel aanvragen zullen blijven liggen. Het is mogelijk dat de regels hierover worden versoepeld, maar ook daarover zal pas na de zomer duidelijkheid komen.

Meer informatie over de gevolgen voor milieubelastende bedrijven? Neem contact op met onze collega’s van de afdeling Milieu. 

WAT VERANDERT ER VOOR ONTWIKKELENDE PARTIJEN ?

De regels van het bestemmingsplan worden op 1 januari verplaatst naar het tijdelijk deel van het omgevingsplan. Die ruimtelijke regels veranderen op dat moment niet. Vanaf het moment van inwerkingtreding moeten gemeenten het permanente deel van het omgevingsplan gaan vullen. Dat gaat per locatie. Gemeenten hebben tot 2029 de tijd om het omgevingsplan volwaardig te maken, oftewel een omgevingsplan dat voldoet aan de instructieregels van het Rijk. Daarna vervalt het tijdelijk deel. Elke gemeente mag een eigen tempo kiezen en zelf bepalen of ze bij die gelegenheid de ruimtelijke regels inhoudelijk wijzigt. Uiteraard is elke wijziging een omgevingswetbesluit dat voor bezwaar en beroep openstaat. Net als nu bij bestemmingsplannen.

Meer weten over de gevolgen voor ontwikkelende partijen? Neem contact op met onze collega’s van de afdeling Ruimte. 

De regels voor een bouwactiviteit staan in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). Dat is de opvolger van het Bouwbesluit 2012. Veel regels zijn hetzelfde gebleven, maar waar nodig aangepast op het nieuwe stelsel. Dat geldt bijvoorbeeld voor de regels over de geluidwering.

Wilt u meer weten over de precieze details? Neem contact op met onze collega’s van de afdeling Bouw.

DE OMGEVINGSVISIE VAN DE GEMEENTE

Een van de nieuwe instrumenten van de Omgevingswet is de omgevingsvisie. Iedere gemeente in Nederland moet zo’n omgevingsvisie vaststellen voor het gehele grondgebied. Het is een strategische langetermijnvisie voor de gehele fysieke leefomgeving, die ingaat op de samenhang tussen ruimte, water, milieu, natuur, landschap, verkeer en vervoer, infrastructuur en cultureel erfgoed.

Heeft u plannen voor uw bedrijf die van belang zijn voor die omgevingsvisie? Maak die dan tijdig bekend. Dan kan de gemeente die meenemen in het ontwerp. Onze adviseurs kunnen u helpen met het verwoorden en presenteren van uw plannen, en het geven van een zienswijze op het ontwerp van de omgevingsvisie.

WORDT HET ÉCHT EENVOUDIGER EN BETER?

Uiteindelijk wel. Het nieuwe stelsel van de Omgevingswet bestaat uit één wet in plaats van 26, vier uitvoeringsbesluiten (AMvB’s) in plaats van zestig en één ministeriële regeling in plaats van 75 voor ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. Alles sluit veel beter op elkaar aan, bijvoorbeeld qua gebruik van definities. De Omgevingswet geeft gemeenten nieuwe juridische instrumenten, zoals het programma en het omgevingsplan. Er komt één digitaal loket voor het aanvragen of melden van activiteiten en voor het opvragen van de regels voor een locatie, inclusief de daaraan gekoppelde beleidsregels. Het onderzoek naar de financiële effecten van het stelsel heeft uitgewezen dat de eenmalige kosten voor het invoeren van het systeem hoog zijn, maar de structurele kosten voor alle betrokken partijen uiteindelijk lager worden dan nu.

De overgang naar het nieuwe stelsel is niet zo hard als het lijkt. De Omgevingswet voorziet in een ruime overgangstermijn tot 2029. In die periode gaan we geleidelijk over naar de nieuwe manier van werken. Maar het zal toch even wennen worden. Wilt u zekerheid? Begin dan tijdig met het voorbereiden van de vergunningsaanvraag of het locatie-bestemmingsplan dat u nodig heeft. Dan kan de procedure ook na 1 januari 2024 nog onder het huidige en bekende recht worden afgerond.

WILT U MEER INFORMATIE OVER DE OMGEVINGSWET EN WAT HET BETEKENT VOOR UW BEDRIJF?

Neem dan gerust contact op met uw contactpersoon bij LBP|SIGHT.

Adviseurs (2)

Adviseur Chris  Weevers
Chris
Weevers
Adviseur geluid en trillingen en milieu
Adviseur Paul  van der Vleuten
Paul
van der Vleuten
Adviseur milieu en omgevingsrecht, vennoot